Recente publicaties

De Fontys Lerarenopleiding Tilburg en Hogeschool Rotterdam zijn gezamenlijk voorloper op het thema ‘kwaliteit van lerarenopleiders’ (Lerarenagenda 2013-2020), waarbij ze elk een eigen aanpak hebben gekozen. In dit artikel beschrijven we hoe deze instituten invulling geven aan dit thema en welke aanpak ze hebben gekozen om het beroep van lerarenopleider en de ontwikkeling binnen dat beroep in hun instituut meer aandacht te geven. Bij beide instituten is de dialoog over het zijn van lerarenopleider en de implicaties daarvan een belangrijk uitgangspunt. Verder hebben beide instituten gekozen voor ondersteuning vanuit het management.
Met dit artikel willen we andere instituten inspireren na te denken over de specifieke taken, rollen en verantwoordelijkheden van lerarenopleiders en over de rol die het instituut daarin heeft.



Onderzoeksgeïnformeerd studiemateriaal (2015)
gepost op : 23 sep 15

De onderzoeksfunctie binnen de lerarenopleidingen van de hogescholen heeft geleid tot een grotere behoefte aan onderzoeksgeïnformeerd studiemateriaal. Het gaat om studiemateriaal dat is ontwikkeld op basis van een zorgvuldige, verifieerbare en systematische studie. De vraag: “Hoe kan je in de lerarenopleiding het studiemateriaal van lerarenopleiders meer onderzoeksgeïnformeerd maken?” staat centraal in het project “onderzoeksgeïnformeerd studiemateriaal”. Het resultaat van het project, gefinancierd door het expertisenetwerk School of Education, is enerzijds een zelfevaluatietool die de graad van onderzoeksgeïnformeerdheid kan meten en individuele feedback geeft. Daarnaast is er een handleiding voor gebruik en implementatie die suggesties doet voor de implementatie van onderzoeksgeïnformeerdheid in de lerarenopleiding.
Dit artikel bestaat uit drie delen. In het eerste deel beschrijven we waarom en hoe we tot de ontwikkeling van de zelfevaluatietool zijn gekomen. Vervolgens lichten we de zelfevaluatietool toe, met name voor wie en voor welk soort vakken de zelfevaluatietool bedoeld is. We bespreken de definitie en de vijf categorieën van onderzoeks-geïnformeerdheid.
In het derde deel bespreken we de handleiding voor gebruik en implementatie, die ook tips bevat om het thema een plek te geven in de lerarenopleidingen van de hogescholen.



Moeten wij dit ook kennen voor de toets (2015)
gepost op : 23 sep 15

In 2010 is het lectoraat Eigentijds Beoordelen in het Onderwijs van Hogeschool De Kempel in Helmond gestart met de ontwikkeling van een curriculumonderdeel ‘Beoordelen om te leren’ waarin het begrip ‘Assessment for Learning’ (AfL) in de basisschool centraal staat. Dit curriculumonderdeel werd aanvankelijk ontwikkeld voor en uitgeprobeerd bij een kleine groep studenten van de academische opleidingsvariant (het Challenge Program). Momenteel is het opleidingsbreed een onderdeel van het tweede studiejaar. Bij AfL wordt beoordelen ingezet om het ‘leren leren’ bij leerlingen te bevorderen met als doel de bewustwording van hun eigen leerproces te stimuleren (Black & Wiliam, 1998). Door het toepassen van AfL krijgen leerlingen informatie over de leerdoelen en de criteria waarop ze beoordeeld worden (feed-up). Ook krijgen zij inzicht in waar zij staan in hun leerproces (feed-back). Verder krijgen zij aanwijzingen voor de volgende stap in hun leerproces (feed-forward; zie Hattie & Timperley, 2007). Black en Wiliam (1998) tonen aan dat AfL een positieve invloed heeft op leerprestaties van leerlingen. Ondanks dit positieve effect wordt AfL in het basisonderwijs mondjesmaat toegepast. Dat heeft voor een deel te maken met het gegeven dat leraren onvoldoende zijn toegerust om AfL in hun dagelijkse onderwijspraktijk te integreren. Een verklaring hiervoor is dat in het curriculum van de leraren-opleidingen nauwelijks aandacht aan dit onderwerp wordt besteed (Joosten-Ten Brinke, 2011). Dit gold tot voor kort ook voor Hogeschool de Kempel. Daarom is het initiatief genomen voor de ontwikkeling van het curriculumonderdeel ‘Beoordelen om te leren’ voor al haar studenten. Het doel is de ontwikkeling van de kennis, vaardigheden en attituden van studenten op het gebied van AfL. In dit artikel gaan we in op de gekozen aanpak, het ontwerpproces, de evaluatie en de opbrengsten van het project.


Voor succesvolle onderwijsverbeteringen is het van belang dat lerarenopleiders zich professioneel ontwikkelen. Lerarenopleiders vervullen een sleutelrol in de kennis en beroepsontwikkeling van onderwijsgevenden, daarom is er groeiende aandacht voor het professionaliseren van lerarenopleiders. Verondersteld wordt dat lerarenopleiders veel leren van de evaluaties van hun eigen studenten, die zitten immers vol feedback over hun opleidingspraktijk. Toch is er nog maar weinig onderzoek gedaan naar professionalisering door middel van studentevaluaties (zoals blokevaluaties, kwaliteitskringen en individuele gesprekken met studenten) bij lerarenopleidingen. Door middel van een vragenlijst met gesloten en open vragen en een semigestructureerd groepsinterview is onderzocht in welke mate en op welke manier studentevaluaties bijdragen aan de competentieontwikkeling van lerarenopleiders in lerarenopleidingen Primair Onderwijs. Op basis van de onderzoek resultaten is een belangrijke conclusie dat verschillende soorten studentevaluaties van invloed zijn op de competentie-ontwikkeling van lerarenopleiders. Hoe directer (just-in-time) en persoonlijker (in face-to facegesprekken) de feedback is, hoe meer invloed de feedback volgens lerarenopleiders heeft op de competentie-ontwikkeling. Het onderzoek leidt tot aanbevelingen die lerarenopleidingen kunnen benutten voor hun professionaliseringsbeleid en kunnen bijdragen aan de kwaliteitsverbetering van het opleidingsonderwijs.



Vlieguren maken (2015)
gepost op : 23 sep 15

Subtitel: Transfer tussen opleiding en stagepraktijk in de tweedegraads lerarenopleidingen

Op verzoek van opleiders van de tweedegraads lerarenopleidingen van de Hogeschool van Amsterdam werd een kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar transfer tussen opleiding en stagepraktijk. Dataverzameling vond plaats door middel van het interviewen van drie betrokken partijen: opleiders, studenten en stagebegeleiders. Het artikel bespreekt eerst de theorie rond transfer, uitmondend in een conceptueel model voor het onderzoek. Daarna wordt de methodiek besproken. De resultaten worden gepresenteerd rond vier essentiële componenten van het conceptueel model: de leersituatie, de lerende, de stagesituatie en het optreden van transfer.
Het artikel wordt afgesloten met de conclusies: er vindt meer transfer plaats dan waarvan opleiders en stagebegeleiders zich bewust zijn, maar vaak in de vorm van directe toepassing van concrete voorbeelden. Pogingen om door reflectie meer diepgang te krijgen in dit leerproces slagen onvoldoende en monden vaak uit in sterk ‘geritualiseerd’ reflectieverslagen schrijven. Op basis hiervan wordt aanbevolen professionele leergemeenschappen te vormen van opleiders, studenten en stagebegeleiders, te werken aan meer betekenisgerichte vormen van reflectie en stageopdrachten te ontwikkelen tot ‘grensoverschrijdende instrumenten’ door deze vanuit de opleiding zowel als de stagesituatie te ontwikkelen.

Trefwoorden : stage, praktijk, onderwijspraktijk

Abonneren op Front page feed